![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() Joanna Maria Albertina Helena Antoinetta (Anny) van der LUGT Anny is geboren op 31-01-1905 te Rotterdam en overleden op 23-11-1982 te Baarn op 77-jarige leeftijd. Zij doet haar Eerste Communie op 17 april 1912 in de Dominicus Kerk in Rotterdam. Anny legt de Mulo af. Zij is een zeer gelovige katholiek, die de waarden, normen en gebruiken van de R.K. Kerk voor het Tweede Vaticaanse Concilie als leidraad houdt. Anny trouwt op 24-jarige leeftijd op 21-01-1930 te Rotterdam met Johannes Gijsbertus Josephus (Jan) NIEUWENHUIS, die dan 33 jaar oud. Jan is geboren op 18-03-1896 te Amsterdam en overleden op 31-05-1978 te Rotterdam op 82-jarige leeftijd. Het leven van Jan Nieuwenhuis wordt getekend door zijn liefde voor Rotterdam, zijn gedreven schrijversschap en zijn katholieke bevlogenheid. En steeds kiest hij daarbij voor een grote deskundigheid: hij bestudeert de feiten en na wikken en wegen geeft dan een eigen mening. Over Jan Nieuwenhuis wordt na zijn overlijden uitvoerig geschreven in het Rotterdams Jaarboekje 1979 door Mr. W.F. Lichtenauer. Bij deze publikatie is ook een portret van Jan afgedrukt, gemaakt door de bekende Rotterdamse portrettist Adrianus van der Plas. De vader van Jan heeft in Amsterdam een hoedenwinkel en zijn moeder is de dochter van een arts. Hij leert voor onderwijzer bij de Broeders van Oudenbosch op hun Kweekschool Instituut St. Louis. Daarna werkt hij bij het reisbureau Lissone in Amsterdam en Den Haag. Hij solliciteert met succes bij het R.K. dagblad De Maasbode in Rotterdam, waar zijn broer Willem in de redaktie zit. Hij komt bij de Rotterdamse familie van Willem van der Lugt over de vloer in hun huis aan de Oostzeedijk 90 in Rotterdam als vriend van de oudste zoon en Delftse student Anton. Jan is dan al journalist van De Maasbode en doet daar de rubriek Kunst en Letteren. Hij brengt een andere wereld binnen het Rotterdamse zakenmilieu van de van der Lugten. Jan leeft in een wereld van toneel en literatuur, van dichters en denkers en is bevriend of bekend met de voormannen van de katholieke herleveng, o.a.Gerard Brom, Pieter van der Meer de Walcheren, Jan Engelman, Gerard Bruning, Anton van Duinkerken en Bernard Verhoeven. Hij is een self-made man en laat zijn oog vallen op de oudste dochter Anny van der Lugt, die na haar opleiding bij de Zusters Dominicanessen in Voorschoten, een deel van de taak van haar moeder in het drukke huishouden overneemt. Naar haar eigen zeggen gaat ze altijd heel onbevangen om met de veel oudere Jan, omdat ze meent, dat deze gedreven katholieke journalist wel monnik zal worden. Niet zo verwonderlijk, want Jan is in die tijd oblaat bij de Benedictijnen van Oosterhout en ook zijn vriend Anton heeft die stap gezet. Oblaten zijn leken, die sterk sympatiseren met de Regel van een Orde, die ze gedeeltelijk proberen na te leven in hun dagelijkse doen en laten. Anny bewondert hem en hij geniet op zijn beurt van haar vrolijkheid en gezelligheid, die ze weet te brengen in het grote, drukke huis. Uiteindelijk trouwt hij haar in januari 1930, nadat ze elkaar al zeven jaar kennen. Zijn schoonvader en schoonmoeder zijn in eerste instantie niet enthousiast over Jan als partner voor Anny. Het echtpaar gaat wonen aan de Burgemeester Villeneuvesingel 19 in Hillegersberg. Volgens hun oudste dochter Lydwien zorgen hun ouders voor een onvergetelijke jeugd van hun vier kinderen. Binnen korte tijd kent hij Rotterdam intensief. In het interbellum publiceert Jan de romans “Wendende wegen” in 1925, ”Kamaraden keerden terug”, een boek over ervaringen van de schrijver in het leger uit 1939, de avonturen roman “De Witte wandelaar” en in 1927 “Thubal de os”. Als na januari 1942 de Maasbode op bevel van de Duitse Overheid niet meer mag verschijnen, gaat Jan met een groep schrijvers romans van Charles Dickens vertalen, die na de oorlog in 21 uitgaven van de Prisma-serie van Uitgeverij het Spectrum in Utrecht worden uitgegeven. Aan deze vertaling werken bekende Nederlandse schrijvers mee, zoals Godfried Bomans, J.C. Bloem en C.J.Kelk. Jan houdt zich met name bezig met de delen Nichalas Nickleby en Het geheim van Edwin Drood. Na de oorlog wordt Jan hoofd van de afdeling Voorlichting en Publiciteit van de gemeente Rotterdam en zet daar de toon voor de Nederlandse Gemeentelijke Voorlichting. Hij publiceert dan o.a. “De haven van Rotterdam in heden en verleden”, 1952. “Mensen maken een stad”, 1955, over de Rotterdamse Gemeente Werken. |
Generated by GreatFamily 2.2 update 2 |